De basis voor de Kernonderwijs onderwijsvisie op de Omniumschool ligt in de neurobiologie: hoe de hersenen werken bepaalt hoe we voor het leren aan de slag gaan met een kind.
Naar het onderwijs vertaald betekent dit: leren door te doen, met alle zintuigen die je hebt.
Jonge kinderen zijn al in staat tot intellectuele prestaties als de aanpak bij hun leeftijd past. Basis daarvoor zijn de zintuigen en wat deze doen met informatie vanuit een actieve en afwisselende omgeving. Elke aanwijzing die via de zintuigen binnenkomt is onderdeel van het leermoment. Deze leermomenten vormen de basis van de ontwikkeling van het netwerk in ons brein. Een goede samenwerking tussen de cognitieve vaardigheden van het kind en de ontwikkeling van diens brein zorgt ervoor dat dit kind leerstrategieën ontwikkeld, meteen vanaf de geboorte. Het is dus van belang dat de ontwikkeling van de kinderhersenen zo vroeg en veelzijdig mogelijk wordt ondersteunt om aan de natuurlijke leergierigheid te kunnen voldoen. De aangeboren nieuwsgierigheid moet worden gestimuleerd, vanuit prikkeling en afwisseling. Dit geeft een leergierig kind. Zeker de ontwikkeling van het visuele systeem speelt hierbij een grote rol. Hoe meer een kind al op jonge leeftijd leert, hoe groter de groei op oa cognitief gebied.
Als ouders, kinderopvang en school kunnen wij het kind stimuleren en ondersteunen om zich optimaal te ontplooien.
Meer lezen over neurodidactiek kan hier: Brein versus onderwijs.
Geef een reactie